Mission Possible / Een jaar na de oorlog in Artsakh – deel 3
Help ons dit verhaal te vertellen en deel het via je socials!

Een jaar na de oorlog in Artsakh – deel 3

Dit is deel 3 van een serie van 4 naar aanleiding van mijn reis naar Armenië in september 2021. Het is een jaar geleden dat de oorlog om de enclave Nagorno Karabakh (Artsakh) losbarstte. Hoe gaat het nu met de vluchtelingen die huis en haard kwijtraakten?

Samen met Sargis, directeur van AMAA in Goris en voorganger bezoek in een aantal vluchtelingen gezinnen in zijn stad. Ieder met zijn/haar eigen verhaal en situatie.

Vluchtelingengezin Artsakh

Karine is haar naam en ze is 57 jaar. Moeder van twaalf kinderen. Wat heeft zij in haar leven al veel moeten meemaken. Eind jaren ’80 woonde ze met haar man en eerste kinderen in Giumry. In december 1988 vond daar vlak in de buurt een allesverwoestende aardbeving plaats met als gevolg minstens 25.000 doden en meer dan 500.000 daklozen.

Karine vertrok met haar gezin naar het dorp Haykazyan in Artsakh. Een paar jaar later brak daar de oorlog uit. Haar man vocht mee en overleefde de oorlog. De omstandigheden waren zwaar. Vanwege de nasleep van de oorlog was er geen elektriciteit. “We hebben 10 jaar zonder elektriciteit geleefd. Ondanks dat probeerden we ons leven op te bouwen. We verbouwden tabak maar dat werd geen succes. Daarna groenten en bakten we lavash. We waren zelfvoorzienend. We hebben ons eigen huis gebouwd. In 2016 brak er weer een oorlog uit. Gelukkig duurde die maar 4 dagen. Mijn man is een paar jaar geleden omgekomen bij een verkeersongeval. Toen vorig jaar weer de oorlog uitbrak dachten we dat het ook een paar dagen zou duren. Vier zoons hebben mee gevochten, een is gewond geraakt maar ze het allemaal overleefd. God zij dank! Met de rest van de kinderen ben ik naar Goris gevlucht. Ik wilde dichtbij het front zijn vanwege mijn vier zoons in de oorlog.

Eerst werden we opgevangen in een hotel. Maar na een paar maanden moesten we daar weg. Nu huren we deze ruimte voor 60.000 DRAM in de maand. Er is geen verwarming en badkamer. Douchen doen we bij mijn dochter die met haar gezin ook is gevlucht en in de straat verderop iets huurt. De afgelopen winter hebben we deze ruimte met een elektrische kachel verwarmd. Maar dat kunnen we nu niet meer betalen. De financiële ondersteuning die we van de overheid ontvingen stopt deze maand. We zullen voor komende winter een houtkachel gaan kopen. Wij kunnen hier niet lang blijven. Deze ruimte is niet geschikt om met zoveel mensen in te wonen. Andere woonruimte huren is te duur. Een van mijn zoons zit in het leger, hij is beroeps. Hij ondersteunt ons. Mijn andere zonen verdienen soms wat bij als ze worden ingehuurd bij een bouwklus. De andere kinderen gaan naar school. Mijn dochter, zij is 17, is afgelopen jaar niet naar school geweest maar is dit jaar weer begonnen. Zij heeft niet stil gezeten, het afgelopen jaar heeft zij een cursus manicure gedaan. En dat levert af en toe ook wat klanten op. Ik weet niet waar we in de nabije toekomst kunnen gaan wonen. Terug naar ons dorp in Artsakh is onmogelijk. Maar zolang er maar vrede en rust is. Ik heb genoeg gezien en meegemaakt”.

Vluchtelingen Artsakh - Goris
Vluchtelingen Artsakh - Goris

Dit is Anna met haar zeven van haar negen kinderen. Een dag na het uitbreken van de oorlog is het hele gezin gevlucht. Zij was toen hoogzwanger. Drie dagen na de vlucht werd haar jongste kind geboren. Voor de oorlog woonden ze in Berdzor, een stadje in de Lachin corridor die de verbinding vormt tussen Armenië en Artsakh. Anna en haar man willen niet terug.

In Berdzor zijn geen winkels en er is geen school meer. Volgens Anna wonen er nog een paar gezinnen. “Maar alleen vlakbij de Russische wachtposten. Ergens anders vinden ze te gevaarlijk. Wij hadden vanwege onze gezinsgrootte een grotere woning in Berdzor toegewezen gekregen. Maar daar hebben we maar twee jaar van kunnen genieten.” Na hun vlucht hebben ze met z’n allen een maand op een hotelkamer in Goris gewoond.

Nu wonen ze in een houten barak met 2 kamers. “We hebben nu in ieder geval een kamer extra en de kamers zijn tenminste gemeubileerd” lacht ze. “Twee zoons slapen in de keuken.” Anna maakt zich zorgen om haar oudste zoon. Hij is 18 jaar en is opgeroepen voor zijn 2-jarige dienstplicht. Hij is gelegerd in Stepanakert, de hoofdstad van Artsakh. Ze probeert elke dag contact met hem te hebben maar soms is de verbinding te slecht. Anna probeert niet teveel na te denken over de toekomst. “We hebben in ieder geval een dak boven ons hoofd. Vrede is het belangrijkste”.

Vluchtelingengezin Artsakh

Het gaat niet goed met Mira. Haar man is omgekomen in de oorlog. Hij had zich vrijwillig bij het leger aangemeld toen de oorlog uitbrak. Na drie dagen werd Mira door hem gebeld dat hij gewond was. Vlak daarna is hij aan zijn verwondingen overleden.

Omdat hun huwelijk niet officeel was geregistreerd zijn er geen documenten die aantonen dat zij of haar kinderen recht hebben op compensatie die de overheid uitkeert in geval van omkomen in de oorlog. Nu probeert ze via een rechtzaak en dna-onderzoek toch in aanmerking te komen voor deze uitkering.

Sinds mei huurt ze een woning maar er is geen verwarming en geen badkamer. Ze heeft inmiddels een huurachterstand van twee maanden en de elektriciteitsrekening kan ze niet betalen. Mira kan de situatie duidelijk niet aan. Haar kinderen gaan niet naar school. “Ik heb geen geld voor schoolspullen en kleding”. Ze weet niet hoe ze straks rond moet komen als de ondersteuning van de overheid volgende maand wordt stopgezet. Haar oudste zoon van 7 heeft psychische problemen. Ik probeer een spelletje kruisje-rondje met hem te spelen maar hij snapt er niets van. Hoewel zijn zus een jaar ouder is wil Mira wanneer ze naar school gaan allebei in dezelfde klas komen zodat ze hem kan helpen. Voordat we weggaan bidden we met haar. Sargis geeft aan dat hij kan helpen met de schoolsituatie en zijn best zal doen voor Mira’s woonsituatie. Mira is blij en dankbaar met de aandacht die ze krijgt. Het geeft haar het gevoel dat ze er niet helemaal alleen voor staat.

In samenwerking met AMAA, de lokale organisatie in Armenië, wil Mission Possible gezinnen die zich nog niet aan hun nieuwe situatie hebben kunnen aanpassen, blijven ondersteunen. Giften zijn van harte welkom!


Help ons dit verhaal te vertellen en deel het via je socials!